Protozoa

Zoals vermeld wordt in het stuk Hoe werkt een feces onderzoek kunnen reptielen last hebben van parasieten. De daarin genoemde flagellaten en coccidiën vallen onder de familie protozoa. Dit is een groep microscopisch kleine, eencellige organismen die niet verward mag worden met bacteriën die eveneens eencellig zijn, omdat deze qua celopbouw structureel anders in elkaar zitten.

coccidiose
coccidiose

Coccidiën kunnen de lever en het darmstelsel van je dier aantasten. Over het algemeen wordt eerst het darmkanaal aangetast, in milde gevallen resulteert dit in diaree. In ernstige gevallen is de ontlasting glazig. Het dier wil niet meer eten en/of drinken , verliest hierdoor gewicht, droogt snel uit, en wordt lusteloos. Als dit bij één van je dieren voorkomt, moet je meteen een ontlastingonderzoek laten verrichten. Besmette dieren moeten geïsoleerd en behandeld worden.

flagelaat
flagelaat

Een mestonderzoek verreist wel enige ervaring. Lang niet alle protozoa hebben een nadelig effect op hun gastheer.
Soms is er sprake van een symbiose (d.w.z. beide partijen hebben profijt van het ‘parasitisme’) en sommigen zijn geheel onschadelijk. Hiermee moet rekening worden gehouden tijdens de interpretatie van de onderzoekgegevens.Een ander probleem van het onderzoek op protozoa is de (zelfs per dag) sterk wisselende hoeveelheid die in de feces kan voorkomen

Bij ongunstige omstandigheden kunnen protozoa zich inkapselen en zogeheten cysten vormen. In de feces die dan onderzocht wordt zullen eigenlijk alleen de cysten te zien zijn. Aangezien cysten van de verschillende soorten protozoa erg veel op elkaar lijken, is een accurate determinatie moeilijk tijdens microscopisch onderzoek.

Bacteriële infecties

Dit is de meest voorkomende vorm van infectie bij reptielen. Alleen zijn deze infecties vaak de secundaire oorzaak van de algehele malaise van het dier. Bij vermindering van de weerstand kunnen deze ziekteverwekkers de kop opsteken en heel wat schade aanrichten. Een verminderde weerstand kan bijvoorbeeld het gevolg zijn van een worm- en/of protozoa-infectie.

Amoeben infectie

entamoeba
entamoeba invadens

De parasiet (entamoeba invadens) veroorzaakt een ontsteking van de darm. De ontsteking zit op  de overgang van de dunne naar de dikke darm. Door de ontsteking is de darm over een vrij korte afstand (spoelvormig) verdikt en voelt daar hard aan. Bij aftasten van de buik is de verdikking te voelen. Pas op dat de verdikking niet verward wordt met brokken ontlasting in de darm. De amoeben zijn niet in de ontlasting te herkennen. De infectie verspreidt zich gemakkelijk.

Soorten onderzoek

Er zijn twee onderzoeksmethodieken die informatie over parasieten uit ontlasting kunnen halen, namelijk:

Het microscopisch onderzoek

Bij het microscopisch onderzoek kunnen veel parasieten opgespoord worden. Dit onderzoek moet herhaald worden bij een eerste negatieve uitslag. Voor eventuele bacteriële infecties heeft dit onderzoek geen zin!

Het op kweek zetten van de ontlasting

Bij het op kweek zetten van de ontlasting is het doel die antibioticum te vinden die werkzaam is tegen de bacteriële infectie die het dier teistert. Ook kunnen amoeben infecties beter bepaald worden met het op kweek zetten van de ontlasting.

Behandeling

De meeste worm- en/of protozoa infecties kunnen goed bestreden worden met orale medicatie welke na onderzoek door een dierenarts wordt voorgeschreven.

Geraadpleegde literatuur:

Auteur, Evert Henningheim

Elliot R. Jacobson, DVM, PhD, DACZM (2003) Biology, Husbandry, and Medicine of the Green Iguana. Original edition., Krieger Publishing Company, Malabar, Florida, USA.

Roger J. Klingenberg, DVM, (1993) Understanding Reptile Parasites, The Herpetocultural Library Special Edition, Advanced Vivarium Systems, Mission Viejo, Californiie, USA.

Tekstuele controle en advies: Dr. Marja Kik, dierenarts voor reptielen

Biology, Husbandry and Medicine of the Green Iguana, Auteur Elliot R Jacobson DVM, PHD, DACZM , Auteur